‘Ik zal nooit op zo’n koersfiets zitten’ ’t Is alsof ik het gisteren pas zei. Want ik vind een koersfiets echt niet stoer. Het lijkt me onstabiel, gaat zeker veel te snel en het heeft geen grip op de baan. Geef mij maar een mountainbike! Maar plots stond ik daar eergisteren dus. Met een wit-rood stalen ros in mijn handen. Benen aan het doortrappen zonder enige grip, handen aan het prutsen bij de vitessen…omdat ik ze niet geschakeld kreeg in de afdaling. De andere Bike-a-Boo’tjes zeer ver voor mij uit. Ik vroeg me op dat moment heel erg af hoe ik hier in godsnaam in verzeild was geraakt. Tja, zoals dat met alles gaat bij mij zeker? In een impuls, dus. Wel een goed overwogen impuls, natuurlijk. Want ik ben supergemotiveerd om mee te fietsen en wilde dit hele avontuur eigenlijk al met mijn mountainbike aangaan. Maar na een eerste rit met de Bike-A-Boo’s bleek dat toch geen goed idee. Want let’s face it. Ik ben een yoga meisje. Zen, gecentreerd, altijd lachend… Wacht, wat was dat? Zen? Jep. Dus niet echt explosief fietsend of smachtend naar snelheid. Vroeger was ik dat wel. Vroeger, toen ik nog alles als een wedstrijd zag. Er is een tijd geweest dat zelfs yoga een strijd met mezelf was. Tot lichte frustratie van mijn yogaleraar. Maar …toen kwam er een blessure die mij deed inzien dat ik het rustiger aan moest doen. Ook met yoga. Nu zijn we een heel aantal jaren en veel oefening later en ik ben dus heel erg euh… tja, zen. Maar goed: tijdens die eerste rit met mijn mountainbike kreeg ik van Merel te horen dat zij een koersfiets verkocht. Aangezien een mountainbike niet gemaakt is om snelheid mee te ontwikkelen leek het me geen slecht idee om toch eens naar dat racemachien te gaan kijken. Want die 1000 km van Kom Op Tegen Kanker wordt gereden aan minimum 24 km per uur. En dat is veel sneller dan ik ooit met mijn mountainbike zou kunnen halen. Wat die koersfiets van Merel betreft : het was liefde op het eerste gezicht! Een rood met witte Trek zonder overdreven bestickering of een teveel aan logo’s. Heerlijk. Dit weekend heb ik dan ook voor het allereerst een kort testritje met mijn zoont gedaan. Hij op de mountainbike, ik op mijn nieuwe racerke. En een dag later heeft mijn fiets me vergezeld voor een eerste rit met de Bike-a-Boo’s… het was zalig! Het is wel even wennen dat je elke bult voelt. Vooral op de Vlaamse kasseien dacht ik echt Oh My God! Nu begrijp ik ook meteen het nut van een chamoiske! Ik ben voorlopig nog zeer onstabiel in de bochten, maar dat komt omdat ik die fiets nog niet gewend ben. En met de versnellingen is het ook nog wel nog wat gepruts, maar verder rijdt hij hémels. Wat een verschil maken die smalle wielen! En eigenlijk past de slanke vorm van zo’n koersfiets wel bij mijn lichaamsbouw J. I love my new bike! ‘kHeb haar ook meteen een naam gegeven: Sighra. Dat betekent ‘snel’ in het Sanskriet (de oude Vedische taal waarin de Yoga Sutra’s zijn geschreven). Die snelheid die zal er nu moeten komen door te trainen. Haha! Want een fiets alleen laat je niet snel fietsen. Dus hup hup met de beentjes… Elke dag graag op die koersfiets! Bedankt Bike-a-Boo voor de uitdaging! Wendy Montellano edited by Sarah Boo
0 Comments
Van Single-Speed-Sarah tot 22-Gear-Girl “The measure of intelligence is the ability to change.” - Albert Einstein “‘t Heeft nog lang geduurd’, hoor ik de meesten onder u denken. En ja, jullie hebben gelijk. Het hééft ook nog lang geduurd. Maar jullie hebben ook allemaal eens goed kunnen lachen, toch? Fijn. Het is jullie helemaal gegund. Ik heb er zelf ook van genoten. Knalgele snowboardhelm, Dragon goggles, streepjeskousen, messengerschoenen en een smile tot achter mijn oren. Mijn SingleSpeed en ik. Endless roads, meditatieve cadans, infinite happiness. Bijna een jaar heb ik rondgereden op een prachtige witte 8Bar KRZBRG. Met mijn 48:16 ben ik lange ritten gaan maken in de zon, ontelbare keren naar de stad gefietst, heuvels opgeklommen, door weer en wind naar het werk gereden en door modderpoelen gebaggerd binnen-en-buiten het bos. Kortom, door mijn 8bar KRZBRG heb ik belachelijk veel goesting gekregen om nog meer te fietsen. Zoveel goesting dat ik mij ergens op een mooie nacht in oktober – ietwat impulsief - inschreef voor de Rapha ‘Braver than the Elements’ ride. Een rit van om en bij de 55 km aan een gemiddelde van 25 km per uur, ten zuiden van - en doorheen Amsterdam. Het was een dinsdagnacht, ik had er net een toprit opzitten met mijn SingleSpeed en het leven kon niet stuk. Op het moment dat ik mij inschreef voelde ik mij Braver dan eender welke Element. Voor die rit moest ik natuurlijk ook trainen. Want 25 km per uur schud je niet zomaar uit je mouw met een SingleSpeed. Mijn aantal Strava-kilometers van de afgelopen weken steeg vlotjes, en de binnenwegen tussen Leuven, Brussel en Mechelen kennen zo goed als geen geheimen meer voor mij. Van en naar het werk ging ik voor 75% met de fiets. Ja. Ook als het stormde. Met als resultaat dat ik mij redelijk klaar voelde voor mijn eerste rit in peloton. In een echte internationale fietsclub en al. In mijn hoofd is dat altijd heel eenvoudig : als ik maar hard genoeg trap zal ik het wel halen (dat mijn gemiddelde snelheid tijdens mijn laatste 87 km lange tocht amper op een zielige 20 km per uur lag baarde mij niet eens zorgen. Blame de waas van de roze overmoed). Afgelopen vrijdag was het dan eindelijk zo ver. Ik zwierde mijn SingleSpeed, mijn fantastische kind en twee vriendinnen op de trein om naar Amsterdam te sporen. De stad waar het zou gebeuren. Mijn eerste rit in een Echt Peloton. Hoe goed klinkt dat wel niet voor een 'Griet met slechts 1 Gear'? ’s Ochtends vroeg doorheen Amsterdam fietsen was al een fantastische bezigheid. Terwijl de stad de prutjes nog uit haar ogen wreef, sjeesde ik al langs de kanalen waar nog een waas van mist over hing. Met een grijns van hier tot ginder stapte ik de Rapha Cycle Club binnen. Met mijn skatehelmke op mijn hoofd en mijn messengerschoentjes aan mijn voeten. Streepjeskousen tot bijna onder de knieën. Ah ja, ik heb immers mijn ‘eigen stijl’. Ik hing mijn Single Speed aan de haak tussen 'De Derailleurs' en ik ging een cappuccino drinken temidden van de Nieuwe Vriendinnen die ik zo meteen beter zou leren kennen. Als ik heel eerlijk ben moet ik erbij vertellen dat er toch wel een beetje vreemd opgekeken werd toen ik de RCC coffeebar binnenstapte. Of ik helemaal uit België tot hier gekomen was voor deze rit? Ja. En of ik dat traject ging rijden met een Single Speed? Ja. ‘Nou’ zeggen ze dan, die Nederlanders. En veel meer zeggen ze niet. Maar je hoort ze denken : ‘Uit welk circus is dié Belg nu weer ontsnapt?’ foto : Krysten Koehn Nu, over de rit met de –overigens gewéldige- meiden met de RCC kan ik heel kort zijn. Dat ging snel. On-ge-loof-lijk snel. Zó snel dat ik mij echt zo goed als niks van het landschap kan herinneren. Naar t schijnt zijn we dwars over het water gereden. De Vinkeveense Plas ofzoiets. Ja. Dat zal dan wel. Ik herinner mij alleen heel veel wind. En een wiel dat ik probeerde niet kwijt te raken. Want ik ben namelijk zwaar uit mijn pijp moeten komen. Ik heb gepedaleerd tot ik bijna opsteeg. Op een bepaald moment had ik zelfs het gevoel dat ik mijn been spontaan geamputeerd had. Spijtig genoeg had ik op dat moment ook de desastreuse reflex om naar dat been te kijken om op die manier te checken of het er echt was afgevallen. Door die nano-seconde van onoplettendheid speelde ik het wiel van mijn voorgangster (lees : slipstream-trekster) kwijt en moest ik nog eens 20% harder trappen. En dat ging niet. Simpelweg omdat het fysiek niet mogelijk was. Ik heb heel erg hard mijn benen verwenst. En mijzelf, dat ook. Ik heb letterlijk gehuild van colère. En ik ben heel kwaad geworden op mijn fiets. Dat hielp natuurlijk niet. Ik heb alles gedaan om terug bij de groep te geraken. Ik heb geprobeerd mijzelf te hypnotiseren om een échte raket te zijn. Ik heb getrapt alsof het leven van mijn dochter er van af hing. Maar ook dat hielp niet. foto : Krysten Koehn Tot er een van mijn lieve Nieuwe Vriendinnen zich wat naar achter liet vallen en mij LETTERLIJK terug in de groep duwde. ‘Hier blijven jij, in het wiel! Anders raak je er niet meer aan hoor!’ Eerlijk waar, dat was mijn lifesaver. Maan Klomp, dankjewel. Op die manier zorgden mijn Nieuwe Vriendinnen ervoor dat ik de eindmeet uiteindelijk ook nog haalde. They helped me from dumb-ass to bad-ass, zoals Krysten het na de race fijntjes uitdrukte. Het was -tot nu toe- de rit van mijn leven. Ik herinner mij alleen maar dat ik de hele tijd dacht ‘pedal pedal pedal pedal pedal!’. En: ‘waag het niet om op te geven! Ge kúnt het’. En vooral ook: ‘ge hebt dit zelf gewild, trut!’ Terwijl ik doorheen de Amsterdamse suburbs sjeesde en puttekes en paaltjes vermeed aan veel te hoge snelheid voor mijn benen en mijn fiets, ben ik er –denk ik- met momenten zelfs nog in geslaagd om iets wat in de buurt van een gesprek kwam te voeren met mijn Nieuwe Vriendinnen. En ik kon ook nog een beetje helder denken. Want het was tijdens deze rit dat ik besliste om een fiets met versnellingen te kopen. foto : Krysten Koehn Dus, lieve vrienden, het hoofdstuk ‘Sarah gaat die 1000km tegen kanker met haar Single Speed rijden’ is bij deze afgesloten. Sarah heeft ingezien dat haar Single Speed een fantastische fiets is die een nieuwe wereld voor haar heeft geopend. En Sarah heeft u ook ingezien dat de tijd nu gekomen is om over te stappen op het échte werk. Koppigheid en trots mogen aan de kant. Bring on the 22-Speed.
Ben je een bedrijf en wil je graag jouw logo op onze blog? Ons fietstruitje? Of … op onze poep?
Ook dat is mogelijk. Meer informatie vind je hier onder. En neem hiervoor contact op met de Bike-a-Boo's. |
Details
Archieven
November 2016
Categorieën |